Nieuwsberichten met als sleutelwoord: bedrijf

Ze zuigt je helemaal leeg: de klager

Haar lichaam, haar auto, alles gaat kapot. En alles is mis.

Als je haar ziet aankomen, doe je altijd net of je druk bent. Maar juist dán komt ze naast je bureau staan. Ze trekt wat met haar been, beweegt haar hoofd voorzichtig van links naar rechts, en masseert haar schouder. Ze gaat zitten op je tafel en sluit even haar ogen. Ze heeft weer zo’n last, zegt ze. Maar daar gaat het niet om. Waar ze voor kwam: weet je nog, dat ze je ooit had verteld over Het Probleem? Dat ze al voorspeld had dat Het een Ding zou worden? Dat we Allemaal konden zien Aankomen dat het zou Escaleren, en dat ze nota bene nog had Gewaarschuwd, maar dat er Niks mee gedaan is, en dat uiteindelijk de klant de Dupe is, en Wij indirect natuurlijk nog het Meeste, omdat het de Continuïteit raakt van Alles wat we hier doen.

Dit is de klager.

Ze kan geen kant op als ze komt. Ze kan alles wat er fout is aan de organisatie feilloos duiden. Ze heeft altijd gelijk. Ze zegt hardop dingen waarover jij al jaren niet meer durft na te denken. Alles wat je weglacht, haalt zij met de grootste precisie terug en brengt het genadeloos in het onbarmhartige licht van de werkelijkheid.

Ze kan alles wat er fout is aan de organisatie feilloos duiden

Dat kan ze ook met zichzelf. Haar lichaam, haar ouders, haar auto, de wasmachine… Ze probeert het wel, maar alles gaat altijd kapot. Uiteindelijk is iedereen alleen, lacht ze wrang. In haar ogen zie je de afgrond van een gruwelijk bestaan. Ze heeft zoveel pech de laatste tijd. Je ziet ze thuis zitten met z’n drieën – de klager, de kat en Het Probleem.

De klager is het zwarte gat, de Bermudadriehoek van het bedrijf. Iedereen in haar buurt zuigt ze helemaal leeg. Maar jou het meest. Want jij snapt haar. Je staat machteloos, je weet nooit wat je moet zeggen. Je kan haar niet laten vallen, dat voelt ze, ze heeft jouw snaar geraakt. En dus blijft ze het je vertellen.

Alles wat er fout gaat. Met alles. Met het bedrijf, met haar, met de bedrijfstak, met Nederland, met de wereld. En dus ook met jou. Overal over klagen, maar oplossingen heeft ze niet, de klager. Die moet jíj verzinnen. Anders blijft ze terugkomen.

Japke-d. Bouma is auteur van de Gids voor de kantoorjungle
‘De klager’ verscheen ook in de nrc.next carrière bijlage
Illustratie: Gijs Kast

De gebraden duif

De term “gebraden duif” wordt in mijn praktijk niet veel gebruikt maar in dit eerste gesprek met Joost komt ‘ie wel tien keer op tafel, de term bedoel ik dan. “Het is gewoon een gebraden duif die naar binnen komt, en ik heb er nog recht op ook, da’s wel mooi, vind je niet?”

Joost is werkzaam in het bedrijf van zijn moeder en haar broer, zijn oom. Het bedrijf is opgezet door de grootvader van Joost. In 1985 werd de onderneming overgenomen door de twee kinderen die het bedrijf verder uitbouwden. Joost is na de middelbare school in de zaak gegaan en het is voor hem vanaf dat moment vanzelfsprekend dat hij het bedrijf overneemt, er is geen andere mogelijke opvolger.

Lees verder

Het is Net-Werken

Sinds kort probeer ik mijn vader te overtuigen van de functie die social media kan hebben bij het starten van een bedrijf. We voeren dit gesprek nu een maand of vijf – daarvoor was ik even sceptisch als hij. Misschien is ‘voorzichtig’ een beter woord. Twee jaar geleden kwam ik er namelijk door een vervelende loop van omstandigheden via Hyves achter dat ik tante zou worden. Wij – mijn familie en ik – waren zachtjes gezegd not amused. Concrete situatie: Informatie via glasvezelkabels gaat sneller en publiekelijker dan mensen kennelijk vermoeden.

Ik kan toch moeilijk heel Amsterdam af fietsen en folders door de bus gooien

Goed. Secuur zijn met social media gebruik was al bekend, maar hierdoor kwam er een vervelend waasje te liggen over een medium dat ook prachtige en zeer bruikbare mogelijkheden in zich heeft. Maar hoe gebruik je dat dan?

Gelukkig zijn er talloze professionals die hier cursussen en trainingen in geven, en leren zowel de Scpetici, als de Ik-Gooi-Alles-Maar-Gewoon-Het-Luchtruim-In-types de middenweg kennen en spreidt de term ‘integriteit’ zich tot in de provincie uit. Eenmaal hoezee!

Terug naar mijn vader. Hij -64, Fries, verkoper, onderhandelaar; sociale duizendpoot- vindt het nog steeds niks ‘al dat gedoe op internet’. ‘Maar het is als netwerken, pap’. zeg ik aan de telefoon. ‘Ik kan toch moeilijk heel Amsterdam af fietsen en folders door de bus gooien. Of iedereen constant bellen zodat ze me onthouden. Daar heb ik ten eerste geen geld voor en ten tweede geen tijd’. ‘Maar verkopen gaat altijd persoonlijk,’ zegt hij. ‘Je drinkt een bak koffie, je praat wat over het weer en je verkoopt eens wat’. Ja. Dat snap ik wel. Daarom reed hij duizenden kilometers per jaar en herinner ik me avonden lang die mijn vader bellend doorbracht.

Alleen wil ik dat niet. En omdat ik in 2011 leef hoef ik dat ook niet. Ik hoef alleen voor een laptop en een internet-verbinding te zorgen. ‘Dat kost net zoveel tijd’ zegt hij. ‘En dan heb je ook nog niks verkocht!’Hmm. Dat klopt. Ik moet nog steeds in het directe contact met een opdrachtgever laten zien dat ik de meest geschikte persoon ben voor het feest. Omdat ik geen wasknijpers verkoop maar mezelf als dienstverlener, is persoonlijk contact even essentieel.

Een tijd later vervolgen we ons gesprek. Ondertussen heb ik Twitter ontdekt, heeft twitter mij ontdekt en herken ik Twitteriaans gedrag bij anderen dat ik goed kan relateren aan het ‘echte’ leven dat ik ken. Zoals ‘Ik volg jou alleen, als jij mij ook volgt’. ‘Als ik populair praat, dan word ik vanzelf ook populair’. Mensen die honderden anderen volgen om op die manier ook zelf maar een publiek te trekken. Kennelijk zijn daar door twitter allemaal technische hulpmiddeltjes voor gemaakt, zodat je ook dat weer volgen kunt. Interessante situatie. Onderzoekswaardig. Maar wel een beetje raar.

Als ik populair praat, dan word ik vanzelf ook populair

Mijn vader, die overigens al jaren computerles geeft aan 60+ers, en daarbij helemaal niet een suf bekrompen typje is, heeft er ook over nagedacht. Het financiële aspect spreekt hem aan. Nogmaals Hoezee! Maar de rest moet toch echt persoonlijk gebeuren. ‘En hoe dan?’ vraag ik. ‘Dan moet ik dus nog steeds het hele land door en op de koffie?’. Tja. Daar hebben we beiden geen antwoord op. Tot hij opeens enthousiast ‘De Soos’ roept. ‘De Soos?’. ‘Ja, de Soos’ zegt mijn vader. En hij vertelt over hoe hij als zestienjarige op vrijdagmiddag met zijn vader mee ging naar De Soos in het dorp. Hij een frisdrank, zijn vader een borrel. Alle boeren uit de omgeving kwamen op vrijdag naar de Soos. Borrels drinken en handelen. Hij klinkt opgewekt en opgelucht. Alsof het antwoord op een hele ingewikkelde kruiswoordpuzzel gevonden is. Ik ben er nog niet gerust op. Maar mijn vader lijkt helemaal tevreden met de constatering dat de Soos vanaf vandaag synoniem is aan Twitter, Facebook & Linkedin. En wat doe ik dan met al die mensen die volgen, ontvolgen, dit willen, dat roepen…? Oh, die negeer je gewoon’, zegt hij. ‘Net zoals in het echt. Als je jezelf niet bent, dan werkt het toch nergens’.

Gelukkig. Dan is ons informatietijdperk toch nog een beetje zoals vroeger. Een laatste Hoezee!

Een bijdrage van Annette Dölle, Foto: Bruce McKay Flickr

Opzeggen

Onlangs heb ik mijn digitenne (televisie bij de KPN) abonnement opgezegd. Scheelt me € 8,50 in de maand. Daar kun je best veel lolly’s van kopen.

Om op te zeggen bij de KPN moet je bellen. Een brief mag niet meer. Past ook wel bij een belbedrijf. Ik denk nog even dat me dat de kosten van een postzegel scheelt. Maar het telefoontje zal 9 minuten duren a € 0,10 per minuut. Dat is twee lolly’s minder deze maand.

Uiteraard sta ik even in de wacht. Zonder muziekje, met aan het einde een aardige meneer. Ik blijk eenvoudig op te mogen zeggen en het mag al over een maand. “Waarom wilt u opzeggen?” vraagt de man. “Omdat ik geen televisie meer kijk.” zeg ik naar waarheid. Waarop er zo’n mooie stilte valt, zoals die vaak vallen na een oprecht antwoord.

Ik krijg een ingewikkeld nummer voor de retourzending van het apparaat. Dat nummer moet ik op de doos zetten. Ze komen het ophalen. ” ‘s Avonds natuurlijk. Want overdag werkt u.” zegt hij. Ik krijg het gevoel van iemand in een woonkamer die zich op een gure herfstavond realiseert dat het buiten al donker is, en hij zijn gordijnen nog open heeft in zijn verlichte woonkamer.

‘s Avonds natuurlijk. Want overdag werkt u.

Hij zegt dat ik ook een telefoonabonnement heb. Ik denk een milliseconde dat hij me kent. Wat fijn… En voor ik er erg in heb, schiet ik achter inmiddels gesloten gordijnen in de schaapskleren-observatie-modus. Al snel volgt de daar-gaan-we-gedachte, zoals je die ook onontkoombaar voelt op het hoogste punt van een achtbaan. Hij ziet een mogelijkheid om mij een ander product aan te bevelen:

“Ik kan u drie maanden gratis telefoneren aanbieden. Heeft u daarin interesse?”
– “Nee.”
“Waarom niet?”
– “Omdat u een bedrijf bent en uw primaire doel is vast winst maken.”
“Maar wilt u dan niet drie maanden gratis bellen?”
– “En dan?”
“Dan krijgt u van mij een jaarcontract. U heeft nu namelijk een maandcontract.”

Ik ben dol op contracten. Ook op vriendelijke meneren. En op agenda’s. Vooral dubbele.

Een column van Jasper Jobse, Foto: Marxpix Flickr

Kritiek

Altijd als ik mijn ezine schrijf, presentaties geef, artikelen schrijf op mijn weblog, krijg ik reacties van anderen. In de meeste gevallen zijn die positief. Ik krijg mailtjes van mensen die me schrijven hoe ik hen geïnspireerd heb, die de tips en adviezen daadwerkelijk toepassen in de praktijk en daar veel aan hebben. Daar ben ik altijd blij mee en ik heb er een apart mapje van gemaakt in mijn emailinbox.

Maar het is niet allemaal zo warm. Als je veel schrijft, spreekt, en stelling neemt, krijg je ook kritiek, soms bijtend als zuur in je gezicht.

Een van de controverses die ik vaak oproep, heeft te maken met mijn pleidooi om als ZZP-er de stap te zetten naar een succesvol en winstgevend bedrijf. Eén van de leuke aspecten van ondernemer zijn, is wat mij betreft dat je er rijk mee kunt worden. Steevast is er dan altijd iemand die zegt: “Geld is toch niet belangrijk? Het belangrijkste is toch dat ik doe wat ik leuk vind?” Of: “Rijkdom is toch juist dat je blij bent met de mooie dingen in het leven?” Tja, wat zal ik er eens op zeggen?

Maar wat ik veel erger vind, is kritiek op de manier waarop ik praat en me gedraag. Ik stuntel altijd een beetje, grijns en giebel. Ik laat onzekerheid en twijfel zien. Voor veel mensen is dat niet “zoals het hoort” en ze kunnen het niet rijmen met iemand die succesvol is. Ze sturen me mailtjes waar de haat vanaf druipt.

Als ik presentaties geef, is er achteraf altijd wel iemand die me dringend adviseert “eens een presentatiecursus te volgen”, niet wetende dat ik dit al vijftien jaar deed en nog steeds doe (een uitzonderlijk goede volgde ik laatst bij Lianne Ebbinkhuijsen).

Een vrouw schreef me laatst: “Je praat erg aarzelend en onzeker. Je presentatie is daardoor wat mij betreft niet overtuigend. Ik vind dat je nog een hele slag te maken hebt”.

Dit soort kritiek raakt me hevig! Het is alsof iemand zegt: “Je kunt nog zo je best doen, tonnen per jaar verdienen, maar eigenlijk ben je nog steeds niet oké, ga eerst nog maar eens een slag maken”. Ik voel me belemmerd in mijn groei en mogelijkheden, en dat demotiveert me enorm.

Maar ik ben natuurlijk niet de enige die kritiek krijgt. Waarschijnlijk krijg jij hem ook – het is onlosmakelijk verbonden met het feit dat je je nek uitsteekt en zichtbaar wordt. Ook bestsellerauteur Tim Ferriss krijgt hem, zo blijkt uit een lezing die hij laatst gaf voor The Next Web. Daarin geeft hij kritiekkrijgers echt een hart onder de riem. Een van zijn uitspraken luidt: “Trying to get everyone to like you is a sign of mediocrity.” (Colin Powell) en hij moedigt je aan juist ernaar te zoeken om stom en gek gevonden te worden, om jezelf erin te trainen.

Hier mijn eigen manier om er mee om te gaan:

– Kritiek raakt je het meeste, als je vindt dat de criticus gelijk heeft. Op het moment dat je leert om ook je zwakke plekken te omarmen, zal de kritiek je veel minder raken. Sinds ik veel beter accepteer dat ik een introvert en verlegen iemand kan zijn die veel lacht omdat ze dingen – nou ja – gewoon grappig vindt, trek ik me veel minder aan van deze kritiek, en hem nu zelfs al een hele tijd niet meer gehoord. Voel me nu ook vrij om erover te schrijven, terwijl ik me er eerst diep voor schaamde.

– Veel mensen uiten kritiek omdat ze gewoon boos zijn, teleurgesteld in het leven. Succesvolle mensen geven hun een heel slecht gevoel over zichzelf, en daar maken ze je graag verantwoordelijk voor. Wat je het beste kunt doen, is deze mensen van je lijst halen en zonder schuldgevoel te kiezen voor de mensen die je een goed gevoel geven en blij met je zijn.

– Kritiek kan natuurlijk ook heel waardevol zijn. Bedank er dan voor! Maar als je hem niet waardevol vindt, mag je best feedback teruggeven. Ook al geven mensen je kritiek vanuit de beste bedoelingen en om je echt te helpen, goed feedback geven is een kunst en daar mag je ze op jouw beurt best iets over leren.

– De pijn van de kritiek zwakt af als je je in herinnering roept waarom je je bedrijf ook weer begonnen bent. Als het goed is, is dat een hoger doel: in mijn geval zelfstandigen goed rond te laten komen, terwijl ze doen wat ze het allerliefste willen doen. Dienstbaarheid voor anderen is een oneindige bron van inspiratie, is mijn ervaring. Als je weer met je klanten aan het werk bent, keert je motivatie gauw terug en denk je er niet meer aan. Zoals Ferriss zegt: “Living well is the best revenge.” (George Herbert). De Nederlandse uitspraak “De honden huilen, maar de karavaan trekt verder”, drukt het met m.i. ook heel mooi uit.

Een bijdrage van Laura Babeliowsky, Foto: Jasper Jobse, daken in middelburg, FLICKR