Nieuwsberichten met als sleutelwoord: identiteit

Intimiteit

Leer je elkaar echt kennen als je veel bij elkaar bent? Wat is intimiteit? Hoe ver sta je toe dat iemand dichtbij komt? Dien je daar iets voor af te spreken? Waar liggen die grenzen? Is intimiteit minder intiem met een vreemde? Of juist intiemer?

In 1957 deden William Masters en Virginia Johnson een bijzonder experiment. Ze vroegen vreemden om elkaar uit te kleden. Meer dan 50 jaar later vroeg Tatia Pilieva aan vreemden hetzelfde te doen. Elkaar uitkleden en in bed stappen. Niets anders. Geen regels. Het resultaat is prachtig! Lees verder

Alleen een man in de klas kon mijn zoon kalmeren

Als peuter sloeg mijn zoon hinderlijke leeftijdsgenoten genadeloos tegen de vlakte. Hem een ‘sorry’ ontfutselen bleek onmogelijk. Een klap was voor hem een prima middel om je territorium af te bakenen. ‘Kijk eens wat je gedaan hebt, dat kindje huilt en heeft heel erg pijn’ begon een juf meestal hoopvol. Maar voor tranen of emotionele pressie was hij ongevoelig. ‘Moet ie maar ophouden als ik het zeg’, antwoordde hij hooguit. In het gunstigste geval zei juf dan: ‘De volgende keer moet je mij roepen, dan kunnen we er over praten.’ Maar hij keek wel uit. Hij dopte liever zijn eigen boontjes en praten was wel het laatste waar hij op zat te wachten.

Het was het begin van een schoolcarrière waarin mijn zoon negen jaar lang dagelijks de afkeuring van zijn onderwijzeressen over zich afriep. Hij was niet het dociele kind dat zij graag zagen maar een speels beweeglijk dier niet van zins zich te laten kooien in een klaslokaal of vrouwen te volgen die ‘verdrietig’ werden als hij een in hun ogen minder geslaagd grapje maakte. Pogingen hem te socialiseren langs de weg van het empathisch gesprek mislukten keer op keer. Dit alles bezorgde hem dagelijks strafregels en kruisjes op het bord en mij een wekelijkse gang naar de juf. Wat was er met hem aan de hand? Hij gedroeg zich a-sociaal, onaangepast. Ik begreep het niet. Mijn oudste zoon was met dezelfde opvoeding een model-leerling.
Lees verder

Complimenten aannemen

Als je niet drinkt, droog je uit. Als je het te koud krijgt, onderkoel je. Als je een week niet slaapt, word je psychotisch. En als je tenslotte niet eet, ga je dood. Allemaal zaken die van levensbelang zijn. Net als complimenten. Die zijn ook van levensbelang.

Een compliment is als een lekker stuk chocolade, als een avond dansen, een prachtige zonsondergang, een dag zeilen op zee. Complimenten zijn de benzine, olie en wasbeurt inéén. Het zijn de slingers op het feest van het mens-zijn. Hij of zij die beweert dat ie zonder complimenten kan, wantrouw ik daarom onmiddellijk. Zij staan namelijk in de overlevingsmodus en zijn niet gericht op een gelukkig leven.

Complimenten zijn de slingers op het feest van het mens-zijn

Jij en ik hebben hebben dus complimenten nodig. En niet zomaar complimenten, nee, gemeende complimenten. Complimenten, die ons bevestigen in ons bestaan, in wie we zijn, onze schoonheid, onze liefde voor de ander en onze rijkdom van geest.

Het aannemen van een compliment

En als je dan zo’n gemeend compliment krijgt, hoef je maar één ding te doen en dat is hem aannemen. Dat betekent letterlijk dat je het compliment inademt. En niet meteen roept: “Geen dank”, “Ach, dat valt wel mee” of “Het was maar € 6,95 bij de Hennes”. Dat inademen klinkt wellicht gek. Je denkt misschien, wat heeft dat met aannemen te maken? Aannemen is toch een psychische beweging en niet een fysieke?

Nee, dat is niet zo. In de zeven jaar werken als coach en psychosociaal therapeut is mij namelijk opgevallen dat wanneer iemand een compliment aanneemt, hij inademt. En wanneer iemand een compliment niet aanneemt, dat hij of zij vaak direct iets terug zegt. Dus uitademt. Of zelfs even stopt met ademen. Iemands ademhaling laat zien wat hij psychisch doet.

Ademhaling laat zien wat iemand psychisch doet

Een compliment ontroert en beroert. Dat heeft even tijd nodig. Net als  je voor lekker eten de tijd neemt, moet je dat voor een goed compliment ook doen. Die inademing is dus nodig om een compliment te laten landen. Wellicht haal je hem later op de avond nog eens naar boven. Je glimlacht en voelt je trots.

Stevigheid en zelfvertrouwen

Door complimenten aannemen, groei je als mens. Je krijgt een beter besef van wie je bent, hoe je overkomt op de ander en waar je goed in bent. Je ontwikkelt zelfvertrouwen door complimenten aan te nemen, omdat je daardoor een beter beeld krijgt van wie die zelf is. Sterke mensen zijn niet de mensen die het alleen kunnen. Het zijn de mensen die veel complimenten aannemen, weten dat ze complimenten nodig hebben en geloven dat ze ervan afhankelijk zijn voor een gelukkig leven.

Foto: M88G

Discriminerende bloemen

‘Voor zover bekend is de Appelboom zichzelf niet bewust. Hij zal niet om zich heen kijken om te zien wat de andere bomen aan het doen zijn. Zou hij dat wel doen, en ontdekken dat hij tussen de Perenbomen staat, dan zou hij wel eens op het idee kunnen komen dat hij niet normaal is. Erger nog, hij zou kunnen proberen om Peren te gaan maken. 

Of stel je voor: Hij had ouders waar hij als jong boompje regelmatig van te horen kreeg dat je bescheiden moet zijn in dit leven en hij probeert in plaats van Appels Kersen te maken. Of hij heeft vrienden die hem proberen wijs te maken dat hij wel wat vrolijker mag zijn, en hij probeert het daarom met Bananen. Als een Appelboom ergens goed in is, dan is dat in het produceren van Appels.’ [uit: de Creatiespiraal, M. Knoope, 1998]

Lees verder

Wij, kinderen van het internet

Er is waarschijnlijk geen ander woord dat zo vaak misbruikt is door de media als ‘generatie’. Ik heb een keer geprobeerd om de ‘generaties’ te tellen die de afgelopen tien jaar zijn uitgeroepen, sinds de uitvinding van de ‘Generatie Niks’; ik geloof dat het er minimaal twaalf waren. Ze hadden één ding gemeen: ze bestonden alleen op papier. De realiteit heeft ons nooit voorzien van een tastbare, betekenisvolle, onvergetelijke impuls, een gezamenlijke ervaring die ons voor altijd zou scheiden van de generaties voor ons. We waren er naar op zoek, maar in plaats daarvan kwam de verandering ongemerkt, met kabeltelevisie, mobiele telefoons, en vooral: het Internet. Pas vandaag de dag kunnen we echt begrijpen hoeveel er de afgelopen vijftien jaar veranderd is.

Wij, de kinderen van het netwerk; wij, die zijn opgegroeid met het Internet en op het Internet, zijn een generatie die op een wat bijzondere manier aan de criteria voor die term voldoet. We hebben geen impuls vanuit de werkelijkheid meegekregen, maar meer een metamorfose van die werkelijkheid zelf. Wat ons verbindt is geen gezamenlijke, beperkte culturele context, maar het geloof dat we die context zelf kunnen definiëren en dat die een gevolg is van vrije keuze.

Lees verder

Nu Nee zeggen, levert Later Ja op

‘Maar je gaat dus niks meer voor ze doen?’ vroeg een vriendin me laatst. ‘Nee’ zei ik dapper. Helemaal overtuigd was ik daarvan nog niet. Maar soms helpt het om dat stuk maar gewoon te negeren. Om door te gaan met dat waarvan je zeker weet dat het goed is, maar waar de rest van je lijf nog niet van onder de indruk is. Door angst voor het onbekende en wonderlijke maatschappelijke condities die je ooit aangeleerd hebt.

‘Echt niets meer?’ vroeg ze nog een keer. Het is natuurlijk niet voor niets een vriendin. Die laten zich namelijk niet zo makkelijk afschepen met een simpel ‘Nee’. ‘Nee’, zei ik nogmaals. ‘Maar als ik alleen nog maar brood met pindakaas kan eten, dan denk ik er heus nog wel 3x over na..’ ‘Oh…. zie je wel’, was haar laatste lachende reactie.

Lees verder

Gewoon jezelf zijn

Er heeft vast al wel eens iemand tegen je gezegd dat je ‘gewoon jezelf moet zijn’. Heerlijk simpel klinkt dat. Alsof het koud is omdat er een raam open staat. Je doet het raam dicht… en voilá: je bent jezelf.

Dat het normaal is om zoiets tegen elkaar te zeggen kan alleen maar omdat het normaal is om niet jezelf te zijn. Je net iets groter, sterker, slimmer, zwakker of dommer voordoen dan je bent, is heel gewoon. Niet omdat we niet onzeker of zwak mogen zijn, maar omdat we denken dat we dat niet mogen zijn. Het mag wel, alleen niet iedereen zal vol liefde op je reageren.

Dit filmpje laat heel erg leuk, bijna hillarisch voelen wat dat is; jezelf zijn. Maar vooral laat het je voelen dat wij mensen zo graag ergens bij willen horen. Bij mannen met snorren in de automatenkantine bijvoorbeeld …

Lees verder

Het jongetje dat wilde zijn

Lang geleden, maar zo kort dat het vandaag nog leeft, speelde een klein jongetje in het bos  aan de overzijde van alles. Althans, dat vonden de mensen omdat het leven zich volgens hen niet in het bos, maar daarbuiten afspeelde. Het jongetje zelf vond juist dat alles in het bos was, en hij ervoer dat daarin alles ook één was. Goed en kwaad bestonden niet, het leven was hem en hij was het leven. Waarin niets anders dan de wind die je meevoerde, de zon die je kuste, of een blad dat langzaam ruiste in de wind. Leven was zijn.

Hoewel tijd in het leven van het jongetje nog geen fluisterbeweging veroorzaakte, deed dit dat wel aan de overzijde van het bos. En dus werd het jongetje op een kwade dag door de wereld geroepen. Hij moest groeien en worden, in plaats van te zijn. Hij moest verhuizen naar het ‘echte leven’. Tenminste, dat zeiden zijn ouders, de meester van de school en alle anderen die het konden weten.

Lees verder

Dan is er iets mis met je

Ben je ziek als je hulp vraagt aan een coach, psycholoog of therapeut? Nee. Maar toch ervaren veel mensen dat zo. En daarom vragen ze soms niet om hulp. Dat is niet zo gek, maar wel jammer. Van goede begeleiding word je namelijk gelukkiger.

Tien jaar geleden zei ik: “Als ik een praktijk open dan is dat er niet één met een drempel bij de voordeur, maar met een glijbaan (omdat glijbanen in speeltuinen voorkomen). Coaching en therapie hoort namelijk ook leuk te zijn. Niet leuk als in: laten-we-al-je-moeilijkheden-maar-onder-het-kleed-schuiven’. Maar leuk als in: ontdekken-dat-je-eigen-gras-groener-is-dan-je-dacht en leuk als in samen-speuren-naar-een-oplossing.

Hoe komt dat zo, dat mensen die drempel zien. Is hij er? En hoe komt dat?

Lees verder

Stoofpeertjes

“Je hebt alleen iets aan een landkaart als je weet waar je bent.” Dit citaat hoorde ik jaren geleden. Het is de uitkomst van een raadsel. In het raadsel staat iemand ergens met een landkaart. Hij weet niet waar hij is. De kaart is gedetailleerd en up to date…. maar waardeloos omdat hij zijn beginpunt niet kent.

Lees verder

Nee zeggen

Wat is het toch soms moeilijk om nee te zeggen. Ik worstel er zelf nog wel eens mee en mijn cliënten dikwijls. Hoe komt dat? Waarom is dat drieletter woord soms zo beladen? Waarom kan het voelen alsof het heiligschennis is om nee tegen iets te zeggen? En waarom belanden we op feestjes waar we niet heen wilden?

Lees verder