Nieuwsberichten met als sleutelwoord: privé

Facebookloos

“Je gaat je account deactiveren, weet je het zeker?”, ik klik op ja. Er verschijnen foto’s van willekeurige vrienden, “deze vrienden gaan je missen, weet je zeker dat je jouw account wilt deactiveren?”, ik klik op ja. Er komt een email binnen, “je hebt zojuist je account van Facebook gedeactiveerd, wil je deze weer activeren?”

De daarop volgende uren en dagen betrap ik mijzelf op hoe vaak ik uit automatisme Facebook wil aanklikken. Het is zo erg dat ik de slappe lach krijg. Ik sta bekend om mijn wilskracht en discipline, maar lieve mensen, ik moet u teleurstellen: Facebook was te sterk voor mij.

Als zelfstandig ondernemer ben ik mijn eigen baas. En van mij mag ik onder werktijd niet gaan Facebooken, maar stiekem deed ik het toch. Ik heb mezelf daarop aangesproken en ik heb beloofd het niet meer te doen. Helaas ik werd betrapt, meerdere keren, op het schenden van mijn belofte en daarmee was het vertrouwen weg. Ik kon niets anders dan mij een sanctie opleggen en zo geschiedde het.

Ik ben nu vier weken Facebookloos. Het geeft een stuk rust moet ik bekennen. Mijn productiviteit is enorm gestegen, evenals mijn sociaal isolement. Ik mis al mijn tweehonderdvijftig vrienden. Gelukkig hebben vier vrienden mijn afwezigheid opgemerkt en mij via een ander kanaal opgezocht om te checken waar ik was gebleven. Met hen heb ik nu contact via What’s app, sms, Twitter en email. Nee niet onder werktijd natuurlijk.

Ik ben nu vier weken Facebookloos. Het geeft een stuk rust moet ik bekennen.

Hyves heb ik ook, dat was ik een beetje vergeten. Excuses voor de honderd ongelezen berichten die in mijn Hyves mailbox bleken te staan. Hoewel het ook wel wat heeft om maanden later felicitaties te lezen voor je verjaardag en afstuderen. Lieve mensen: bedankt! En LinkedIn? Dat achterstallig onderhoud heb ik inmiddels ook opgelost. Vergeet ik nog iets?

Mijn moeder verborg vroeger stiekem speelgoed wat lag te slingeren en waar ik niet meer mee speelde. Maanden later zette ze het dan weer neer en ik was net zo blij als toen ik het voor het eerst kreeg. Ik verheug me er nu al op dat ik mij straks weer Facebook geef, wat zal ik blij zijn.

Ik beloof dat ik dan niet meer onder werktijd ga Facebooken. Denk ik.

Een bijdrage van April Ranshuijsen Foto: Marina noordegraaf Flickr

Sociale weekdieren

Onlangs zag ik de film The Social Network. Een boeiende film over de ontstaansgeschiedenis van Facebook en zijn contactgestoorde maar toch briljante oprichter en (ex)vrienden. Weer bracht deze film bij mij het idee naar boven dat Social Media (Twitter, Hyves, Linkedin, Facebook, fora en weblogs) iets wonderlijks teweeg brengen.

Wat maakt dat mensen veel van hun privé leven op internet plaatsen? Waarom uploaden mensen weinig verhullende berichten, filmpjes en foto’s? Waarom was een dagboek vroeger juist geheim, en worden nu dezelfde teksten op weblogs geplaatst en moet juíst iedereen het lezen?

Ik heb geen Hyves of Facebook pagina. Er zijn meerdere mensen die me dan aankijken alsof ik een Lada rijd. Zo gewoon is het het al…. om geen Lada meer te rijden.

Flower Power

Steeds als ik gênante dingen zie op internet, doet me dat herinneren aan wat ik gehoord en gelezen heb over de Flower Power tijd. (Ik heb de periode zelf niet meegemaakt). Het was een tijd waarin alles kon. En als het niet kon dan móest het kunnen. Ook al bleek het op de duur toch níet te kunnen.

Het was een tijd waarin alles kon. En als het niet kon dan móest het kunnen

Dit speelde op veel gebieden. Het seksuele gebied is ongetwijfeld het meest bekend. Ik herinner me een scène uit een film, die speelt in die tijd. Een groep vrienden (mannen en vrouwen) hebben een feestje. Na afloop gaan de autosleutels in een schaal. De vrouwen pakken er om de beurt een sleutel uit en gaan met die man die bij die auto hoort (auto’s waren in die film nog wel écht van mannen) voor die nacht naar huis. Moet allemaal kunnen. Ook al bleek het niet te kunnen.

Op internet is er iets soortgelijks gaande. Ik zie foto’s voorbij komen op Flickr ( 4.000.000.000.000 foto’s), die in een fotoboek op een plank in een woonkamer horen. Ik heb filmpjes op Youtube gezien waar ik hier niet eens naar durf te linken, zo gênant zijn ze. Ik lees reacties op fora die uit louter willekeurig aan elkaar geknutseld emotie gehussel bestaan. En Twitter staat vol met loze “ik ga slapen” mededelingen, wat dan vertelt word als ‘twexit’. Dat is groepie-taal voor ‘Twitter Exit’, wat weer zoveel betekent als; ik verlaat mijn computer (hij blijft natuurlijk standby…).

Dat wil niet zeggen dat Twitter, Facebook, Flickr of Youtube an sich niet leuk is. Het doorgeefluik in het restaurant is niet het eten. Internet is een waanzinnig mooi luik, dat landsgrenzen doet smelten als poedersuiker op natte aardbeien. Het is te groot om te controleren (net als de mensheid zelf) dus je bent er vrij. En het doet niets als je er niet achter gaat zitten, dus het zal je niet aanvallen. Maar dat gebrek aan grenzen is tevens zijn grootste grens. Het houdt nergens op. Daar moet je zélf voor zorgen.

Contact maken

Wij mensen zijn sociale weekdieren. Wij zijn kwetsbaar en we willen contact maken, gezien worden en aangeraakt worden. Met als ultieme vorm van contact: intimiteit, dat laten zien wat je aan anderen niet laat zien. Je grenzen daarmee zo opgeven dat je zou kunnen versmelten met een ander.

In intimiteit voorziet internet niet. Je kunt niet intiem zijn met 9.700.000 viewers bij je filmpje. Aan wie laat je dan iets niet zien? Het is direct exhibitionisme. Hoe kwetsbaar je jezelf ook opstelt, intimiteit wordt het niet.

Mensen geven veel aan internet, in de hoop dat er een reactie komt, een ‘vriend’ zich meldt, een lezer zich abonneert of er een tweet volgt. Maar zélf gezien worden ze niet. Alleen hun filmpje of tweet word bekeken. Het is eenrichtingsverkeer. Je voelt niet of iemand je begrepen heeft. Of iemand de context gesnapt heeft. Of iemands leven ook maar een beetje op dat van jou lijkt. Maar als lezer en kijker voel je vaak wel heel goed dat de auteur behoefte aan contact en intimiteit heeft.

Een bijdrage van Jasper Jobse, Foto: Flickr